Wat een overdaad. Wat een licht. Wat een koelte. Wat een ruimte. Mijn eerste gevoel bij het binnenstappen van een Nederlandse supermarkt vlak na aankomst was verwondering.
De gemiddelde supermarkt in Nederland heeft een oppervlakte van zo’n 1.000 vierkante meter. Vijf soorten pindakaas, dertig soorten vruchtensap, drie soorten meloen, het is allemaal heel gewoon en het is er gewoon altijd. Er is volop ruimte, twee boodschappenwagens kunnen elkaar prima passeren in de paden en de rijen voor de vele kassa’s hinderen het boodschappen doen niet. Als ik zo’n supermarkt binnen stap, kan ik niet nalaten me af te vragen wat mijn Zuid-Sudanese collega’s hier van zouden denken. Waarschijnlijk zouden ze van de meeste dingen niet eens weten wat het is en wat ze er mee moeten. Koffiefilters? Cruesli? Drop? Gesneden groente kan niet vers meer zijn, maar geitenvoer in de supermarkt? Waar ze zeer van onder de indruk zouden zijn is de hoeveelheid en variëteit van groenten, vlees en vooral melk. Iedereen weet dat er in Nederland zulke goede koeien zijn, die veel melk geven.
Een supermarkt in Wau beslaat zo’n vijfentwintig vierkante meter. Je komt binnen door één glazen deur in een ruimte waar je nog net kunt staan tussen alles wat er opgeslagen is. De wanden links en achter zijn behangen met planken waar de koopwaar op staat uitgestald. Blikken en potten met regelmatig wisselende varianten van bonen, jam of olie. Wat eerder verkrijgbaar was, is dat nu meestal niet meer en volgende maand is er weer iets nieuws. Op de toonbank dezelfde potten en blikken, zo hoog opgestapeld dat de verkoper er achter niet meer te zien is. Daarvoor liggen de variëteiten aan koek en snoep. Tegen de wand rechts hangen nog een paar planken met schoonmaakmiddelen en staan twee koelkasten. Echt koud is het daarin ook weer niet, maar de chocoladerepen zijn in ieder geval niet gesmolten. Tussen de toonbank en de koelkast is ongeveer een halve meter ruimte overgelaten waar de klanten kunnen staan. Of eigenlijk, waar de klant kan staan, want als er twee mensen tegelijk binnen zijn, kunnen ze geen van beide meer bewegen. Een kassa is er niet. Afrekenen gebeurt uit het hoofd (even meetellen kan geen kwaad, hoewel je bij aanschaf van meerdere producten meestal korting krijgt) en het geld verdwijnt letterlijk in de zak van de verkoper. Verse producten zijn in zo’n supermarkt niet te verkrijgen, die worden op de markt verkocht.

Op de markt is het bij de groenten- en fruitkramen volstrekt duidelijk welk seizoen het is. In het watermeloenseizoen liggen er grote stapels watermeloen, in het mangoseizoen zijn overal mango’s te verkrijgen, en ga zo maar door. Groente wordt meestal op kraampjes verkocht, fruit vaak gewoon op een doek op de grond. In de Nederlandse supermarkt is het een innovatie om een vernevelaar boven de groenten te hangen zodat ze vochtig blijven en er mooi blijven uitzien. In Wau weten ze dat al lang, alleen gebruiken ze hier simpelweg een plantenspuit of een natte doek.

Vlees is op de markt ook te krijgen. De kraampjes hebben een toonbank waar het vlees de hele dag op ligt of aan het dak hangt. Om de vliegen weg te houden wordt wierook gebrand. Daarachter is nog een grote ruimte waar de grote stukken vlees hangen en waar waarschijnlijk ook geslacht wordt (al heb ik dat nog nooit zien gebeuren). Wil je gehakt hebben, dan koop je dat niet kant-en-klaar bij de slager. Je koopt een stuk vlees bij de slager. Dan loop je twee meter verder waar een mannetje klaar staat met een gehaktmolen. Die geef je het vlees en eventueel nog een paar uien of andere groenten die je er doorheen wilt. Hij snijdt er nog wat vet af als dat gewenst is en stopt het vervolgens in de molen. Plastic zakje aan het andere eind, even draaien en klaar is het gehakt. Gek genoeg zijn verse melk of melkproducten hier niet te krijgen. Gek, omdat er in dit land zoveel koeien zijn en koeien voor veel stammen zo ontzettend belangrijk zijn. De mensen die koeien houden overleven echter volledig op de producten daarvan en verkopen niet of nauwelijks melk. Bovendien is koeling een probleem zodat het niet mogelijk is melk of melkproducten te bewaren. Melk gaat hier dus vooral in de vorm van melkpoeder, soms is gesteriliseerde melk uit het Midden-Oosten te koop. In veel gevallen gezoet, brrr!
De verschillen zijn groot, toch is het opvallend hoe gemakkelijk het is om over te schakelen. Bij mijn tweede bezoek aan de Nederlandse supermarkt was de verwondering al verdwenen en kon ik precies vinden wat ik wilde hebben. Nu, na bijna een week terug in Wau, is ook het boodschappen doen hier al weer gewoon. Dat was een jaar geleden wel anders, blijkbaar begin ik aardig ingeburgerd te raken.

Plaats een reactie