Als land bestaat Rwanda al langer dan Nederland. Het koninkrijk Rwanda is ergens tussen 1000 en 1400 ontstaan, toen Nederland nog een deel van het Spaanse koninkrijk vormde. Wanneer de precieze ontstaansdatum is, is niet duidelijk. Tot de koloniale tijd bestond geen geschreven geschiedenis maar werd alles oraal doorgegeven. Ook tijdens de koloniale bezetting van eerst Duitsland en later België, is het Rwandese koninkrijk blijven bestaan als zelfstandige eenheid. Pas na het einde van de koloniale tijd, in 1960, is het koningschap afgeschaft en Rwanda een republiek geworden. Niet alleen was Rwanda al vroeg een staat, er bestond ook een ontwikkelde bestuursstructuur en machtsuitoefening. De koningen werden beschouwd als een soort halfgoden, de fysieke belichaming van het land Rwanda, van wie het welzijn van het hele volk/land afhing en ze hadden absolute macht. Daaronder bestond er een uitgebreid en ingewikkeld systeem van locale leiders, ambtenaren en uitvoerders, gebaseerd op wederzijdse loyaliteit tussen regeerders en geregeerden. Voor een deel heeft die oude bestuurlijke structuur het overleefd tot op de dag van vandaag.

Rwandezen waren en zijn er dus aan gewend geregeerd te worden en autoriteit te gehoorzamen, met alle voor- en nadelen van dien. Gehoorzaamheid aan autoriteit heeft de genocide mogelijk gemaakt (het was een georganiseerde actie), maar ook de snelle economische ontwikkeling die het land op dit moment doormaakt. Het leidt tot een gedisciplineerd leger en betrouwbare politie, maar het is ook een obstakel voor de ontwikkeling van kritisch denkvermogen en eigen initiatief. Voor een Nederlander, afkomstig uit een cultuur waar autoriteit per definitie kritisch wordt benaderd, en een baas eerst maar eens moet bewijzen dat hij/zij het waard is, is zo’n houding op zijn zachtst gezegd even wennen. We blijven leren!

Plaats een reactie