Silvia is een klein dorpje, waar niet heel veel te beleven valt, behalve op dinsdag. Op dinsdag is er markt. De markt zelf is niet heel anders dan die in San Agustín, met veel fruit en groente, en de gebruikelijke hardware (wel opvallend: zestien (!) soorten aardappels). De markt is bijzonder omdat het een centrum is voor de inheemse bevolking uit de omringende dorpen, die nog met traditionele chiva’s en in klederdracht komen om inkopen te doen en hun producten te verkopen. Helaas neemt het aantal mensen dat klederdracht draagt sterk af, jongeren prefereren een spijkerbroek en t-shirt, maar nog steeds zijn ze wel zichtbaar in het straatbeeld.