Opa

Mijn opa en oma waren boeren. Ze hielden koeien, kippen en konijnen en opa had een grote groententuin. Die liefde voor het boerenbedrijf heeft hij tot zijn spijt niet aan zijn kleindochter doorgegeven. Koeien in de wei, kippen in een ren, prima, leuk, maar verder hoef ik er niets mee. Konijntjes waren wel erg lief om mee te knuffelen en te spelen (tot ze bij oma in huis weer eens de electriciteitsdraden doorknaagden. Dan moesten ze weer in hun hok terug). En een groententuin? Krijg je alleen maar vieze handen van. Ik kon dus ook geen aardappelplant van sperziebonen onderscheiden zolang ze nog in de  grond zitten. En wanneer je wat moet planten en hoe je ze dan moet verzorgen? Ik vroeg gewoon aan opa of hij voor mij ijsbergsla (wat hij zelf helemaal niet lekker vond) of peultjes wilde kweken en dan werden ze keurig bezorgd als ze klaar waren om op te eten.

Maar in Zuid-Sudan verandert alles. WOTAP doet veel projecten op het gebied van voedselzekerheid. Veel mensen hier hebben niet genoeg geld of transportmogelijkheden om hun voedsel op de markt te kunnen kopen en zijn dus afhankelijk van wat ze zelf verbouwen en verzamelen. Een minder goede regenperiode leidt dan al snel tot honger en afhankelijkheid van voedselhulp. Eén van de manieren om daar iets aan te doen is de opbrengst van de landbouw te verbeteren door het introduceren van nieuwe landbouwmethodes en variëteiten. Dat doen we door middel van een “Farmer Field School”, waar boeren proefondervindelijk kunnen uitvinden of al dat nieuws wel werkt.

Okra
Groundnuts oftewel doppinda’s
Twee soorten watermeloen.

Mijn collega’s zijn echte specialisten op het gebied van landbouw(methoden), zij bezoeken zo’n project minstens één maal per week om te zien of het allemaal goed gaat. In het kader van mijn introductie in wat we allemaal doen heb ik er inmiddels flink wat bezocht.  En dan loop ik daar rond en heb geen idee waar ik naar loop te kijken, allemaal groene blaadjes die waarschijnlijk wel iets eetbaars opleveren…  Maar daar nemen de collega’s geen genoegen mee! Dus iedere keer dat we weer in zo’n veld lopen wordt me verteld wat het allemaal is en de volgende keer word ik wel geacht het onthouden te hebben. Zo word ik nog eens een deskundige. Cassave, okra, pinda’s (groundnuts, doppinda’s, behoren hier tot het basisvoedsel waar mensen op overleven), watermeloen, bonen, aubergine, ik kan de plantjes tegenwoordig allemaal herkennen.  Dat vind ik erg knap van mezelf, en volgens een Amerikaanse samenwerkingspartner mag ik over twee jaar op mijn CV zetten dat ik agricultureel specialist ben, dus het gaat best goed. Maar ja,  dan heb ik hier collega’s die echt deskundig zijn en die het vanzelfsprekend vinden om de drie varianten pinda’s ook nog uit elkaar te kunnen houden… weinig kans dat dat me gaat lukken, die blaadjes en bloemetjes zien er echt allemaal hetzelfde uit. Ik heb inmiddels ook wel wat geleerd over landbouwmethoden, hoe je cassave plant (je legt de wortels in kruisvorm in een gat in de grond), dat je aardappels in een richel plant, dat de ene soort pinda’s veel sneller groeit dan de andere en dus eerder geoogst kan worden.

Helaas is  het te laat in het regenseizoen om zelf nog een tuintje te beginnen, dat gaan we volgend jaar proberen. Maar we plukken wel het fruit uit onze eigen tuin. Opa zou trots op me zijn!

Eén reactie op “Opa”

  1. Voor alles is een eerste keer – Chryt Avatar

    […] keer een veiligheidstraining, de eerste keer naar Internationale Vrouwendag, de eerste keer cassave herkennen, de eerste keer koken op houtskool. Nieuwe ervaringen genoeg, genoeg stof om over te schrijven op […]

Geef een reactie op Voor alles is een eerste keer – Chryt Reactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.