Nederlanders houden niet van Duitsers. Ok, ik geef het meteen toe, dat is zwaar overdreven. Duitsland is onze belangrijkste bondgenoot in Europa, het is onze grootste handelspartner en de meeste toeristen komen uit Duitsland. Maar toch… Een gewonnen oorlog en een verloren voetbalfinale tellen nog altijd zwaarder. Mopperen op Duitsers is onderdeel van de Nederlandse folklore en het zal ook wel een beetje het Calimero-effect zijn: wij zijn klein en zij zijn groot, en dat is niet eerlijk. Feit is dat het imago van Duitsers in Nederland meestal niet heel positief is. Laten we maar zeggen dat de relatie complex is.
De relatie tussen Cambodja en grote buur Vietnam is nog een graadje complexer, en ook dat heeft in ieder geval deels een historische achtergrond. Zo’n 800 jaar geleden maakte het grootste deel van Vietnam onderdeel uit van het Angkoriaanse koninkrijk en was dus Cambodjaans. Sinds die tijd is de machtsbalans aanzienlijk verschoven in het voordeel van Vietnam en is het meeste grondgebied van het Angkoriaanse koninkrijk Vietnamees (of Thais) geworden. Rond de Thaise grens zijn er nog wat gebieden die af en toe weer betwist worden en er is nog altijd een stuk Vietnam waarvan de Cambodjanen vinden dat het bij Cambodja hoort en dat ze daarom consequent Kampuchea Krom (beneden Cambodja, in de benedenloop van de Mekong) blijven noemen, maar voor de rest is de status quo wel geaccepteerd.
Moeilijker ligt dat met de moderne geschiedenis. De Vietnamezen waren degenen die in opstand kwamen tegen de Franse kolonisatie, maar daarin hun zin niet kregen. Hoewel ze het pad effenden voor de onafhankelijkheid van Cambodja, leidde de daarop volgende Vietnamoorlog tot bombardementen en politieke instabiliteit in Cambodja, wat uiteindelijk de voedingsbodem was voor de opkomst van de Khmer Rouge. Wat de zaken echt complex maakt is de rol die Vietnam heeft gespeeld bij het beëindigen van het Khmer Rouge bewind. Het einde daarvan kwam met de invasie van het Vietnamese leger in Cambodja en de verdrijving van de Khmer Rouge naar de uiterste grens met Thailand. Er is weinig discussie over dat het einde van het Khmer Rouge bewind goed was voor Cambodja en vooral de Cambodjaanse bevolking. Alleen was er daarna een groot probleem. Omdat de Khmer Rouge vrijwel alle voormalige regeringsleden, ambtenaren en intellectuelen hadden uitgemoord, was er geen goede opvolging voorhanden. Het Vietnamese leger trok Cambodja in met in hun kielzog de nieuwe Cambodjaanse regering, meestal jonge Cambodjanen die gevlucht waren voor de Khmer Rouge en in Vietnam de basisbeginselen van het regeringsvak geleerd hadden. Een jonge en onervaren club mensen. Terecht of niet, de Vietnamezen waren van mening dat deze groep niet in staat was zelfstandig het land te regeren. Tot de definitieve terugtrekking van het Vietnamese leger in 1989 is Vietnam de Cambodjaanse regering blijven ondersteunen, of volgens de meeste Cambodjanen, aan de touwtjes blijven trekken. De huidige premier was minister van Economische Zaken in die eerste regering, en is premier sinds 1985. Zijn critici beweren dat het nog steeds vooral Vietnam is dat het beleid van de Cambodjaanse regering bepaalt. Dat de huidige regering geen vijand van Vietnam is, mag duidelijk zijn, maar hoever de Vietnamese invloed echt gaat, is moeilijk te bepalen aangezien de regering ook niet schuwt om onder Vietnamezen impopulaire besluiten te nemen.
De Cambodjaanse regering gaat eindelijk de al lang bestaande arbeidswetgeving voor buitenlandse werknemers handhaven. Naast een simpele maatregel om westerse expats een werkvergunning aan te laten schaffen en zo meer inkomsten te verwerven, is het vooral een maatregel om Vietnamese arbeiders op te kunnen pakken en het land uit te kunnen zetten. Daar komt de handhaving dus vooral op neer. Een populaire maatregel onder de gemiddelde Cambodjanen. Veel Cambodjanen zien Vietnamezen immers als (meestal illegale) immigranten die hun werk komen inpikken. Dat de Vietnamezen die in Cambodja werken dat meestal doen in banen waarvoor geen voldoende geschoolde Cambodjanen te vinden zijn, maakt voor dat beeld niet uit, en dat Cambodjanen massaal voor werk naar Thailand emigreren, “dat is anders”. Waarom dat anders is kunnen ze ook niet uitleggen.
Zowel de etnische Khmer in Vietnam (Khmer Krom) als de etnische Vietnamezen in Cambodja, worden flink gediscrimineerd. De etnische Vietnamezen zijn over het algemeen vissers en behoren tot de armste groepen in Cambodja. Zij zijn de bewoners van de romantisch aandoende “floating villages”, daartoe gedwongen omdat ze geen land mochten kopen om een huis op te bouwen. Uiteraard is de overbevissing van de rivieren en meren in Cambodja hun schuld. Zij gebruiken illegaal dynamiet en stroomstoten om vissen te vangen en doden zo alle vis in een gebied. Dat doen Cambodjanen niet.
De andere kant van het verhaal is dat Cambodjanen maar al te graag gebruik maken van de kennis en kunde die in Vietnam aanwezig is. Regelmatig gaan er studiereizen naar Vietnam om daar te leren van hun ervaring in landbouw, overheidsbeleid of andere zaken. Veel Cambodjanen die het zich kunnen veroorloven gaan ook Vietnam voor medische zorg omdat die beter is dan in Cambodja.
Dat kan ook makkelijk, want vanuit Phnom Penh is een retourtje met de bus naar Siem Reap ongeveer even goedkoop als naar Ho Chi Minh Stad en Cambodjanen hebben geen visum nodig voor Vietnam.
Een goede buur is beter dan een verre vriend, maar het is niet altijd makkelijk om goede buren te zijn.

Geef een reactie op Monique Reactie annuleren